Skip to content
Login E-loket

HR Strategie

HR Excellence In Research

Het FWO ondersteunt onderzoekers in alle fasen van hun carrière. Bij de selectie van jonge onderzoekers voert het FWO hierbij een actief gelijkekansenbeleid. Daarnaast informeert het FWO haar jonge onderzoekers ook over hun carrièrekansen binnen en buiten de academische context en voert het een aangepast beleid om deze onderzoekers alle kansen te bieden om hun carrièremogelijkheden te maximaliseren.

Hieronder verwijzen we naar het HR Excellence label dat het FWO sinds 2010 verkreeg op basis van het gevoerde HR beleid dat gericht is op gelijke kansen, en een open en transparante rekrutering die gebaseerd is op de verdiensten van de onderzoeker (het zogenaamde OTM-R-beleid). Tot slot verwijzen we naar de mogelijkheden die het FWO reglementair heeft vastgelegd op het vlak van onderzoekscarrières voor haar jonge onderzoekers.

HR Excellence in Research

De Europese Commissie publiceerde in 2005 het Europese handvest voor Onderzoekers en de Gedragscode voor de rekrutering van onderzoekers. Via de implementatie van dit handvest wenst de Europese Commissie een aantrekkelijke, open en duurzame Europese arbeidsmarkt voor onderzoekers te ontwikkelen. Alle Vlaamse onderzoeksinstellingen hebben het handvest ondertekend.

De Europese Commissie ondersteunt de onderzoeksinstellingen bij de uitwerking en toepassing van het handvest en de code via een project HR Strategy for Researchers (HRS4R). De instellingen die kunnen aantonen dat ze een HR beleid voeren dat conformiteit met het handvest nastreeft, verkrijgen een logo van ‘HR Excellence in Research’.

Het FWO is lid van de HR Strategy Group van de Europese Commissie en heeft een strategie uitgewerkt voor de promotie van onderzoekscarrières in Vlaanderen. Op basis van deze strategie werd eind 2010 het label ‘HR excellence in research’ toegekend aan het FWO, waarmee de Europese Commissie de inspanningen erkent die het FWO levert om optimale kansen te geven aan onderzoekers.

Gelijke-kansenbeleid

Het FWO financiert excellente en beloftevolle onderzoekers en onderzoeksprojecten na een interuniversitaire competitie. Binnen- en buitenlandse experten staan in voor de evaluatie. De selectie gebeurt volgens een bottom-up principe en verloopt interuniversitair.

Het enige criterium bij de selectie is de uitmuntende kwaliteit van de onderzoeker en het onderzoeksvoorstel, ongeacht de wetenschappelijke discipline, de onthaalinstelling, het gender, de nationaliteit, etniciteit of de politieke of religieuze overtuiging van de onderzoeker. Het FWO hecht veel belang aan het creëren van gelijke kansen voor alle onderzoekers die aankloppen bij het FWO voor financiering van hun wetenschappelijk onderzoek. Dit vertaalt zich in een gelijke-kansenbeleid dat bestaat uit verschillende aandachtsgebieden.

Alle informatie wordt zowel in het Nederlands als in het Engels gepubliceerd zodat ook anderstaligen toegang hebben tot alle relevante informatie. Om mogelijke discriminatie op basis van leeftijd te vermijden, hanteert het FWO de relatieve wetenschappelijke anciënniteit (het aantal jaren onderzoekservaring) als ontvankelijkheidsvereiste bij aanvragen voor mandaten en onderzoeksprojecten vervangen door. Dit zorgt voor een meer correcte beoordeling van onderzoekers van wie de carrière tijdelijk onderbroken was. Daarnaast hanteert het FWO geen nationaliteitsvereiste. In het e-loket wordt er naast het mannelijke (M) en vrouwelijke (V) geslacht tevens een genderneutrale (X) mogelijkheid voorzien. Hiermee komen we tegemoet aan een actuele maatschappelijke vraag.

Bij de evaluatie van projectvoorstellen en mandaataanvragen waakt het FWO over de samenstelling van de expertpanels. Het FWO streeft in het algemeen naar een diverse samenstelling van de expertpanels. Specifiek inzake gender streeft het FWO ernaar dat de expertpanels voor maximum 2/3de bestaan uit leden van hetzelfde geslacht. In 2020 is 36,6 procent van de leden van de panels fundamenteel onderzoek (FO) vrouwelijk en is 77,3 procent verbonden aan een buitenlandse instelling. De mandatenpanels Strategisch Basisonderzoek (SB) bestaan in 2020 ​​voor 39,8 procent uit vrouwelijke experts, 61 procent is verbonden aan een buitenlandse organisatie en 41,2 procent werkt in een niet-academische organisatie. Voor de samenstelling van de expertpanels voor de evaluatie van de projectaanvragen Strategisch Basisonderzoek (SBO) en Toegepast Biomedisch Onderzoek (TBM) wordt een heterogene pool van ervaren wetenschappers gebruikt waaruit de expertpanels zijn samengesteld. In 2020 zijn voor SBO 33,7 procent van de panelleden vrouwelijke experts, 40,2 procent heeft een niet-academische achtergrond en 85,9 procent is aangesloten bij een buitenlandse organisatie. Voor TBM zijn in 2020 45,7 procent van de panelleden vrouwelijke experts, 90 procent is aangesloten bij een buitenlandse instelling en 23,9 procent heeft een niet-academische achtergrond. Panelleden worden bovendien gewezen op de gevaren van onbewuste vooroordelen bij het beoordelen van project- en mandaataanvragen, onder meer via deze video (bron: The Royal Society).

Naast het informeren van de panelleden is het ook belangrijk om de evaluatieprocedures continu te analyseren en toezicht te houden op de slaagkansen. Dit doet het FWO door voor elk van haar financieringskanalen statistieken over het aantal aangevraagde en toegekende projecten en mandaten per geslacht bij te houden. Deze cijfers worden jaarlijks gepubliceerd in het jaarverslag. Op verzoek kunnen ook bijkomende gegevens gegenereerd worden.

Voor lopende mandaten en projecten moeten gezinsvriendelijke bepalingen en flexibele werkomstandigheden helpen om de genderverhoudingen beter in evenwicht te brengen en de uitstroom aan vrouwelijke (postdoctorale) onderzoekers dat de academische sector verlaat tegen te gaan (de zogenaamde ‘leaky pipeline’). Het FWO voorziet onder meer in voldoende flexibiliteit met het oog op medische en sociale omstandigheden. Zo krijgt elke mandaathouder, zowel op predoctoraal als op postdoctoraal niveau, een ‘bench fee’ om kosten voor het eigen onderzoek te betalen. Onderzoekers kunnen indien nodig deze werkingsmiddelen ook gebruiken voor medische ondersteuning bij fysieke beperkingen of een functionele handicap. Tevens voorziet het FWO in de mogelijkheid om per zwangerschap de anciënniteitslimieten telkens met één jaar op te schuiven en in geval van zwangerschap tijdens een lopend mandaat, dit mandaat eenmalig met één jaar te verlengen. Deze mogelijkheid bestaat zowel voor aspiranten als postdoctorale mandaten.

In internationale context gaat het FWO op regelmatige basis in op verzoeken om mee te werken aan studies over gelijke kansen in de academische sector (bv. in het kader van GENDER-NET Plus) en worden er wetenschappelijke congressen en symposia (bv. Gender Summit) bijgewoond om op de hoogte te blijven van de laatste evoluties en best practices.

Ten slotte is het FWO lid van volgende organisaties die zich bekommeren om gelijke kansen in de academische sector:

Gender Equality Plan

Het FWO hecht veel belang aan het creëren van gelijke kansen voor alle onderzoekers die aankloppen bij het FWO voor financiering van hun wetenschappelijk onderzoek. Dit vertaalt zich in een gelijke-kansenbeleid dat bestaat uit verschillende aandachtsgebieden, waaronder gendergelijkheid. Gendergelijkheid is een fundamentele waarde die onderzoek en ontwikkeling ten goede komt door de kwaliteit en relevantie ervan te verbeteren, meer talent aan te trekken en te behouden en ervoor te zorgen dat iedereen zijn/haar potentieel ten volle kan benutten.

In het kader van de Gender Equality Strategy 2020-2025 vereist de Europese Commissie  onder meer dat overheidsinstanties, instellingen voor hoger onderwijs en onderzoeksorganisaties uit EU-lidstaten en geassocieerde landen die aan het Horizon Europe kaderprogramma willen deelnemen een Gender Equality Plan (GEP) opstellen. Een GEP is een beleidsinstrument dat een reeks doelstellingen en acties omvat die gericht zijn op het bevorderen van genderevenwicht in een organisatie door middel van institutionele en culturele verandering.

Het GEP van het FWO is onderaan deze pagina terug te vinden en omvat een achtergrondschets van de situatie in de Vlaamse academische wereld, een beschrijving van de procesgerelateerde vereisten en aanbevolen thematische gebieden en de vertaling ervan naar acties die door het FWO ondernomen kunnen worden. Voor elk van deze elementen wordt een huidige stand van zaken weergegeven. Op basis van de huidige stand van zaken zijn uitdagingen geïdentificeerd die op hun beurt de basis vormen voor de doelstellingen voor de toekomst. Op een aantal punten wordt er ook gekeken naar andere aspecten van diversiteit.

Het GEP van het FWO werd formeel goedgekeurd door de Raad van Bestuur van het FWO op 22 december 2021. In het voorjaar van 2023 werd er een voortgangsrapport opgesteld dat werd goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 23 mei 2023. 

FWO Gender Equality Plan:

Gendergelijkheid en GEP’s Vlaamse universiteiten en onderzoekscentra:

FWO-beleid inzake open, transparante en op verdienste gebaseerde aanwerving van onderzoekers

Als onderzoeksfonds biedt het FWO momenteel financieringsprogramma's aan voor aspiranten en postdoctoraal onderzoekers. Deze doctorandi zullen uiteindelijk hun onderzoek uitvoeren aan een van de Vlaamse universiteiten. Aangezien deze onderzoekers worden geselecteerd en gefinancierd door het FWO, moeten onze procedures voldoen aan de principes van open, transparante en op verdienste gebaseerde rekrutering (OTM-R) zoals uiteengezet in het Handvest en de Code van de Europese Commissie.

Hieronder wordt beschreven hoe het FWO de OTM-R-principes permanent heeft ingebed in zijn beleid en procedures.

Duidelijke en transparante procedures

De programma’s van aspirant en postdoctoraal onderzoeker van het FWO zijn bijzonder competitief van aard en hebben als doel de best mogelijke kandidaten aan te trekken, zowel in Vlaanderen als in het buitenland. De basis voor de selectie van de kandidaten is academische uitmuntendheid, ongeacht de achtergrond, zoals nationaliteit of geslacht. Ter erkenning van de diversiteit van de kandidaten heeft het FWO een aangepast toelatingsreglement opgesteld dat onder meer rekening houdt met moederschaps-, ouderschaps- of ziekteverlof of militaire dienstplicht. Het FWO communiceert dit gelijkekansenbeleid aan al zijn aanvragers. Om er zeker van te zijn dat aan al deze principes wordt vastgehouden, is het FWO-beleid en de implementering ervan volledig gestoeld op transparante selectieprocedures.

Er werd een systeem van terugkerende oproepen voor het indienen van voorstellen opgezet en de websites van de respectieve onderzoeksprogramma's zijn voorzien van duidelijke tijdschema's, de vereiste competenties voor de kandidaten en een overzicht van de selectieprocedure. De selectiecriteria, zoals opgenomen in het gepubliceerde reglement tot regeling van de interne en externe peer review van het FWO, worden geoperationaliseerd in een scorerooster voor elk specifiek programma en aangepast aan elke specifieke fase van de selectieprocedure. Deze roosters kunnen ook geraadpleegd worden op de website van het FWO. Het FWO organiseert informatiesessies aan alle Vlaamse universiteiten om potentiële kandidaten te informeren. Daarnaast zorgt het FWO voor een vlotte toegankelijkheid van zijn administratie voor vragen over zijn procedures. Aangezien alle oproepen beantwoord kunnen worden door internationale aanvragers, is alle informatie beschikbaar in het Nederlands en in het Engels en verloopt de hele aanvraagprocedure in het Engels.

Minder administratieve rompslomp

Het FWO heeft een e-loket ontwikkeld zodat kandidaten online een beurs kunnen aanvragen. In geval van opeenvolgende aanvragen blijft alle informatie in het e-loket beschikbaar. Alle vereiste documenten, zoals kwalificatiebewijzen, kunnen elektronisch worden toegevoegd aan de aanvraag: tijdens de procedure worden geen exemplaren op papier gevraagd.

Ondersteuning en feedback

Tijdens de procedure kunnen aanvragers contact opnemen met het FWO voor administratieve vragen in verband met hun aanvraag. De IT-helpdesk beantwoordt hun technische vragen met betrekking tot het e-loket. De contactgegevens worden duidelijk gecommuniceerd op de website van het FWO.

Aan het einde van de procedure krijgen alle aanvragers feedback bestaande uit een score op elk van de beoordelingscriteria en specifieke opmerkingen over de sterke en zwakke punten van hun aanvraag.

Kwaliteitsbeheer en -controle

Voor de selectie van zijn onderzoekers doet het FWO een beroep op nationale en internationale experten, die deelnemen aan expertpanels en worden ondersteund door FWO-beleidsadviseurs. De gendersamenstelling van deze panels is vastgelegd in het reglement tot regeling van de peer review. Alle experten krijgen een opleiding voordat ze aan deze panels deelnemen, zodat ze zich zeker houden aan de door het FWO geïmplementeerde OTM-R-principes. Tijdens deze opleiding komen onder andere de interpretatie van de beoordelingscriteria, zoals vastgelegd in de scoreroosters, en onbewuste vooringenomenheid bij de beoordeling van kandidaten aan bod. De opleiding wordt ook ter beschikking gesteld van de aanvragers om een maximale transparantie te garanderen.

Na elke oproep voert het FWO een enquête onder de aanvragers met als doel zijn procedures door te lichten en te verbeteren. Over alle aspecten van de aanvraagprocedure wordt feedback verzameld: beschikbare informatie over de procedure, de procedure zelf en de feedback die achteraf wordt ontvangen.

Onderzoekscarrières

Het FWO wil onderzoekers in elke carrièrefase optimaal ondersteunen in het uitbouwen van hun loopbaan. Hierbij is het belangrijk om te kunnen ‘proeven’ van de wereld binnen de universiteit, maar ook van die daarbuiten, zelfs voor de onderzoekers die academisch willen doorzetten.

Tevens is het goed dat bedrijven en instellingen de kans krijgen om ervaringen op te doen met jonge ‘high potentials’. Dit creëert wederzijds, -zeker in de context van het aanbod aan doctorandi en de vraag naar bekwame werknemers-, een sterke win-win.

Daarom heeft het FWO, om jonge FWO-onderzoekers optimale kansen te geven om hun expertise ook buiten de academische wereld te benutten, verschillende nieuwe mogelijkheden voor intersectorale mobiliteit voorzien:

  • Elke FWO-aspirant kan 20 procent van zijn of haar beschikbare tijd besteden aan andere activiteiten dan het eigen doctoraatsonderzoek, maar die wel bijdragen aan de vorming tot wetenschapper. Dergelijke vorming vereist immers deelname aan activiteiten in het kader van de doctoraatsopleiding. Binnen deze tijd kan de aspirant er echter ook voor kiezen om, in samenspraak met de promotor, betrokken te worden in academisch onderwijs of dienstverlening. Om specifieke vaardigheden te ontwikkelen kan een aspirant ook kiezen voor een stage in een organisatie.
  • Ondernemende predoctorale onderzoekers krijgen de mogelijkheid om een betaalde activiteit uit te oefenen naast het doctoraat op voorwaarde dat dit gebeurt buiten de universiteit en los van het doctoraatsonderzoek.
  • Specifiek voor postdoctorale onderzoekers bestaat de mogelijkheid om het mandaat te onderbreken voor het opnemen van een bezoldigd voltijds onderzoeksmandaat of –beurs aan een universiteit, een wetenschappelijke instelling, in een onderneming of organisatie.