Het team onderzocht stalen van de Krijt-Paleogeen-grenslaag die het uitsterven van 70 % van alle diersoorten die toen voorkwamen, waaronder de dino’s, markeert. Volgens de algemeen aanvaarde theorie werd de massa-extinctie aan het einde van het Krijt veroorzaakt door de inslag op aarde van een asteroïde met een diameter van meer dan 10 km waar zich nu de stad Chicxulub (Mexico) bevindt. De asteroïde zelf, en enorme hoeveelheden terrestrisch achtergrondgesteente werden verpulverd en verdampt als gevolg van de verwantschap vanwege de kinetische energie die vrijkwam bij de impact. Fijne stofdeeltjes werden over de hele wereld verspreid en in de stratosfeer, waar het stof jarenlang een vermindering van zonlicht en fotosynthese veroorzaakte. Dit leidde tot dramatische veranderingen voor de bewoonbaarheid van de aarde. Jarenlang is de bron en oorsprong van het projectiel binnen het zonnestelsel in vraag gesteld.
De stofdeeltjes die door de inslag werden geproduceerd, werden over de hele wereld afgezet in een kleilaag die de grens tussen het Krijt en Paleogeen voorstelt. De K-Pg-grenslaag komt voor over de hele aarde en staat bekend om zijn verhoogde concentraties van anders zeer zeldzame platinagroep-elementen (osmium, iridium, ruthenium, platina, rhodium, palladium). De aanrijking in de klei is afkomstig van de verdampte asteroïde, aangezien deze elementen doorgaans uiterst zeldzaam zijn in gesteenten op aarde.
Door de isotopensamenstelling van het platinametaal ruthenium in stalen van de K-Pg-grenslaag te onderzoeken, heeft het onderzoeksteam aangetoond dat de Chicxulub-asteroïde impactor oorspronkelijk in het buitenste zonnestelsel werd gevormd. "We ontdekten dat de samenstelling van de asteroïde die insloeg op Chicxulub dezelfde is als die van koolstofhoudende meteorieten, die fragmenten voorstellen van koolstofhoudende (C-type) asteroïden die oorspronkelijk ver buiten de omloopbaan van Jupiter zijn gevormd", zegt Steven Goderis, een van de auteurs van de studie.