Interessant is dat deze supergenen vaak de eigenschappen regelen die essentieel zijn voor de overleving en voortplanting, zoals gezichtsvermogen, gehoor en gedrag. Vissen die diep in het meer leven (tot wel 200 meter!) hebben bijvoorbeeld andere visuele vaardigheden nodig dan vissen die dicht bij het oppervlak leven. De supergenen helpen deze speciale aanpassingen in stand te houden.
Moritz Blumer, postdoctoraal student aan de universiteit van Cambridge, legt uit: “We hebben gevallen gevonden waarbij de overdracht van hele inversies tussen soorten door hybridisatie lijkt te hebben geresulteerd in bepaalde ecologische aanpassingen.”
"Deze omgekeerde gedeeltes zijn in sommige gevallen gaan fungeren als geslachtschromosomen, die helpen bepalen of een vis een mannetje of een vrouwtje wordt", weet Valentina Burskaia (UAntwerpen). "Aangezien geslachtschromosomen kunnen beïnvloeden hoe nieuwe soorten zich vormen, werpt dit spannende nieuwe vragen op over hoe evolutie werkt.”
“Hoewel het onderzoek om cichliden draaide, zijn chromosomale inversies niet voorbehouden aan deze vissen. Ze komen ook voor bij veel andere dieren – waaronder mensen – en worden steeds meer gezien als een bepalende factor in evolutie en biodiversiteit”, aldus prof. Durbin (University of Cambridge).
Hannes Svardal concludeert: “We bestuderen het proces van soortvorming al heel lang. Door te begrijpen hoe deze supergenen evolueren en zich verspreiden, komen we dichter bij het antwoord op een van de grootste vragen binnen de wetenschap: hoe het leven op aarde zo rijk en gevarieerd is.”